We houden contact

 
Ik leed er onder dat mijn vriend, ik noem hem maar Jan, zijn geloof was kwijtgeraakt. Ik heb er veel over nagedacht: "Het kan toch niet echt verdwenen zijn?" Ik heb hem op een avond geschreven. Nee, niet om hem op welke manier dan ook verwijten te maken of om hem te dwingen - voor zover ik dat trouwens zou kunnen. Ik probeerde slechts de liefde en mijn respect voor hem te laten spreken.
 
 
Beste Jan,
 

 

Ik denk aan wat je nu aan het doen bent. Misschien ben je op dit moment wel aan het werk in de garage voor je klanten. Het liefst doe je dat met op de achtergrond je muziek. En ik denk dat je zo tussendoor vaak aan je lieve Marga denkt. Je bent gelukkig en dat gun ik je van harte! En het zal nog groeien, omdat jullie elkaar, zoals in veel mooie verhalen van mensen, gekregen hebben. 
 
Hier is dan mijn poging je wat te schrijven, zoals ik laatst beloofde toen we elkaar even tegenkwamen. Ik weet niet of je er nu op zit te wachten. Misschien ben je mijn belofte om je te schrijven vergeten, maar ik niet. Waarschijnlijk snap je dat ik je schrijf, omdat ik toch dingen van je mis. Onder andere dat we je niet meer zien in de kerk. Ik kende je al vanaf je twaalfde. Je was er altijd om de Mis te dienen. Je bent in die jaren al dikwijls van toog gewisseld, als je weer wat ‘groter’ was geworden. Ja, we hadden toch iets samen; noem het vriendschap, elkaar mogen en meeleven met alles. Jij ook praktisch, als ik met de auto wat had.
 
Maar nu mis ik je, ook omdat we ver van elkaar zijn komen te wonen. Maar jouw persoon blijft me bij. En ik wil nu even vooral met je wisselen : over het geloof. Het speelt in je leven zo te zien niet meer. Je kent me hopelijk goed genoeg om te weten, dat je van mij nu geen brandbrief of verwijtenverhaal krijgt toegestuurd. Ik ga je niet uitvoerig verwijten wat je niet meer doet, en wat eerst zo vanzelfsprekend voor je was. Geen vragen naar je "geloofsdingen", jouw beleven  van toen. Toch vraag ik me wel eens af of je de Communie mist, waar je zo opvallend eerbiedig mee omging altijd? Het was zo voornaam voor je.
 
Ik stel me dikwijls de vraag, als ik aan jou denk: "Hoe kan het toch, dat iemand als jij ook het geloof verliest?" Dat je "HET" kwijt lijkt te zijn. Dat het je niet (meer) aanspreekt. Maar ik spits de vraag op mezelf toe. Misschien kijk je daarvan op, of kun je dat niet snappen ? Want dan vraag ik mezelf  bijvoorbeeld af: "Wat had ik moeten of kunnen doen om jou beter met je geloof te helpen?" En ik ben je dus nu niets aan het opdringen, maar ik vraag dat aan mezelf: "Heb ik je genoeg geholpen om inspiratie op te doen in je geloof?"
 
Och je weet, je kwam elke zondag de sacristie binnen, even wat uitwisselen of alles goed is, je kleren aan, en dan - bij ons - de laatste vijf minuten in stilte om ons voor te bereiden op de Mis. Ik heb je nooit na de Mis gevraagd naar wat je van de teksten vond. Bijvoorbeeld van het Evangelie of de preek.
  
Ik weet niet of je het vreemd vindt, dat ik die vragen niet eerder heb gesteld? Ja, dat geloven van ons speelt zich  natuurlijk in ons binnenste af. Eigenlijk spraken we er te weinig over: heel toegespitst bijvoorbeeld zeggen we niet zo gauw tegen elkaar: hoe gaat het met jouw gebed? Hoe ga je met Jezus om, met God? Bid je wel eens tot Maria, .... zo maar een paar vragen.
 
Ja, wij hebben veel te weinig, denk ik dan, stil gestaan bij dat 'geheim van God met ons' in ons bestaan. Samen wat delen, elkaar te bemoedigen, als iemand een dorre tijd doormaakt en het geloven ver weg lijkt...
We zijn, en dan heb ik het vooral over ons priesters, te oppervlakkig met de mensen omgegaan. Lette we niet vooral op alles wat ‘georganiseerd’ moest worden om het kerkgebeuren goed te doen verlopen?
 
En in deze tijd, dat vooral jullie jongeren via school praktisch niets meer hebben meegekregen, terwijl je toch op een katholieke school zat, heb ik je zo voel ik dat nu, nooit eens even, al was het maar met even apart een uitwisseling: wat zegt het je? Wat kun je met je geloof, als je in de garage bent, als je een avond met Marga doorbrengt? Wat heeft God daarmee te doen?
 
Zo zie je, dat je waarschijnlijk zo langzaam aan, ook omdat het samen uitgaan begon te  kunnen, zoveel dingen die je trekken, muziek film, je danst graag .... uitslapen, een keer niet naar de kerk, en zo geleidelijk.
 
Moet je horen Jan, ik oordeel niets bij jou. Ik stel mezelf eigenlijk alleen vragen, omdat ik het in me draag, dat ik iets in mezelf mee draag, dat ik jou iets zou willen overbrengen hoe jouw leven van nu, met alles van geloof nog veel mooier en dieper zou zijn, zou kunnen worden.
 
Wat nu dus? Neen niks moet. Ik zou je alleen willen vragen: en dat heb ik toch wel eens meer met jonge mensen gedaan: zeg gewoon ‘Jezus’,  dat is niet alleen maar zijn naam, maar het is al een gebed.
Ik heb ook wel eens gevraagd: zou je me een plezier doen, zeg dan voor je gaat slapen: ” Heer, als je bestaat, kom in mijn leven”.
 
Van mijn kant bid ik voor je, al kun je je daarbij nu niet zoveel voorstellen misschien. En bovendien ik blijf alles wat je doet  met belangstelling volgen.
Ik weet één ding: die Jezus, met wie ik de hele dag optrek, heeft jou destijds in je doop geraakt. En ik vertrouw erop, dat Hij, als ik dat als kleine mens al doe, bij alles wat je doet en overkomt, van je houdt.
Hoe die liefde van Hem ook nu voor jou is, kun je zo vergelijken met wat voelt voor bijvoorbeeld je mama, en niet te vergeten voor je Marga, en wat jullie dan samen voelen.
 
Ik hoop, dat je er iets aan hebt. Mijn hartekijke groeten ook aan haar!!!
 
Je oude pastoor J.B. 

                                                                           Hij is in jouw naam