C-23/19/2016 - 30e zondag door het jaar -
 
Wereld missie dag
 
“ Ik zeg u: deze ging gerechtvaardigd naar huis
en niet de andere, want al wie zich verheft
zal vernederd worden, maar wie zich vernedert
zal verheven worden.”
 
 
 
WELKOM
Op het kerkboekje staat vandaag met wat grotere letters: Hoop voor kleine mensen…..Ja, en dan kun je van harte iedereen welkom heten, want je hoeft niets aparts  te kunnen, of iets van buiten kennen….iedereen kan hier zo maar gaan zitten….en je hier thuis voelen, en we kijken rond: dankbaar voor ieder is, en meteen bij het begin wil ik meteen nog maar eens vragen om aan dementen te denken die er niet zijn, die het kwijt zijn hun geloof, of die nooit echt geleerd hebben om God dicht bij je te voelen, alleen al oor bij voorbeeld de Naam van Jezus uit te spreken.
En dan gaat het vandaag over twee mannen die in de kerk komen, de Farizeeër en de tollenaar…….
Gaan we bidden om vergeving van God en ook wat we tekort hebben gedaan aan mensen……
 
 
HOMILIE
 
Het verhaal is voldoende bekend van die twee mannen in de tempel, in de kerk zouden wij zeggen.
Van de Farizeeër weten we allemaal, dat hij een man is die zichzelf wel goed vindt. Hij vindt dat hij vooraan mag staan, omdat hij een goed opleiding heeft, …hij weet meer van God denkt hij dan de gewone mensen …… Farizeeën waren vrome mensen, die alles wat het geloof vraagt goed te doen, precies zoals de Joodse wet het voorschrijft…..maar dan kan een mens, omdat hij goed weet hoe het moet zo stiekem gaan denken: ik doe het beter, en Jezus gaat daar nog al goed en vaak tegen in …..ook dat ze zich anders kleedden, kwasten ter versiering  en om mee te pronken.
Och je hoort die man daar vooraan in de kerk bidden….en hij vindt: "dat ik niet ben, als de rest van de mensen….".
We hebben van jongs af aan geleerd om toch maar niet te zijn als die man daar voor in de kerk……
Wij kloppen maar op de borst, we weten, dat we maar gewoon willen zijn als de anderen……..Maar, heb je daar wel eens over nagedacht: als wij van alles afkeuren aan die man, zijn we dan zelf ook niet een Farizeeër ?
We zeggen het toch tegen elkaar wat hij allemaal wel niet doet, en als je zo bezig bent met commentaar geven en veroordeelt doe je zelf wat die man staat te doen….Want we zijn beter als hij…..We zijn toch maar gewoon, we zijn wel niet zo precies met ons geloof,…… 
Vrome en precieze katholieken hoor je nogal eens prat gaan op hun standvastig geloof, en ik hoor hen nogal eens laatdunkend praten over die ruimdenkende meelopers zonder echt geloof. Andersom hoor je kritische gelovigen wel eens neerbuigend doen over die vrome zielen. Gelovige en trouwe kerkgangers hoor je wel eens denigrerend praten over mensen die ‘nergens meer iets aan doen’, en die op hun beurt, zetten zich wel eens af tegen hen die nog wel kerks zijn. Het zijn huichelaars, vinden ze; zijzelf zijn eerlijk.
 
Jezus leert beide ‘partijen’: wie zich verheft, zal vernederd worden, en wie zich vernedert, zal verheven worden’. Vooral gelovigen die zich beter wanen dan die anderen, mogen dit in hun gelovige oren knopen…
 
Ja zo komen we onszelf tegen, als we even doordenken, wat we vooral zeggen over anderen, over mede-gelovigen……en we zouden allemaal wel achter in de kerk kunnen blijven staan, omdat we vinden dat aan die mensen daar vooraan van alles mankeert …. en intussen lijken we niet meer op de tollenaar achterin, die er achter komt wat hij tegenover  God en mensen tekort komt…..
 
De les vandaag kan kort zijn……Laten we in het hart nu eens tegen de lieve Heer Jezus zeggen: och Heer, ik ben al zo lang priester of gewone gelovige, en wat komt er eigenlijk van terecht? Want van U zijn wil zeggen: LIEFDE,  jegens mensen, echt wat extra over hebben….
Wat komt er bij mij van terecht? Och Heer, wat zijn we eigenlijk klein, en er zijn misschien mensen die onder ons tekort lijden. Ik als priester durf het na een lang leven toch wel te weten van mezelf: waar heb ik kansen laten liggen ten opzichte van mensen , in hun nood? 
Wat ik voorstel is nog niet als de Tollenaar, die zich verrijkt heeft  ten koste van mensen, en die weet dat hij met lege handen tegenover God staat en hij bidt om vergeving, hij vraagt om barmhartigheid…..ja, de tollenaar weet ineens dat hij klein is, dat hij bij de mensen hoort die niet deugen….
Och Heer, geef ons inzicht, en als we vinden niet veel voor te stellen: ik denk dat we dan hoop krijgen….er komt ruimte in ons hart, want die grote God geeft me de woorden in die ik nu wil zeggen: 

' Dank U dat ik er mag zijn, help me, til me op als een lift…ja goede Jezus, '   Ja daar lijkt U op ! Zei Theresia van Lisieux…'ik ben als een kind en kan niet hoog bij U komen, maar u pakt me dan op en dan ben ik zo boven bij  U aan uw hart gedrukt!'.